Grauzone Festival: de vrijdag – diverse locaties, Den Haag Duistere technobunkers, arbeidersblues en cellofaan.

Met artiesten die qua stijl ergens tussen coldwave en hardcorepunk in zitten, is het Haagse Grauzone Festival een ware happening voor liefhebbers van donkergrijze muziek. Bij het invallen van de nacht zijn Paard en vier aanvullende locaties gevuld met in het donker extra goed zichtbare zwart-witte bandshirts, dik aangezette eyeliners, en liefhebbers die de tijden van zwaarmoedigheid in de jaren tachtig nog hebben meegemaakt. Van donderdag tot en met zondag komen mensen van over de hele wereld naar Grauzone, dat vanaf 2013 is uitgegroeid tot een subcultuurfestival van internationale allure. Make A Fuzz is er drie dagen bij, te beginnen met de vrijdag.

Cellofaan is een alledaagse, plastic afdekfolie. Absoluut niet alledaags is het Griekse darkwaveduo Selofan (openingsfoto). Met een stralende outfit, een indrukwekkende podiumverschijning en uiteraard dik aangezette eyeliner gaat zangeres Joanna Pavlidou helemaal op in haar rol als aanjaagster van de donker-sfeervolle muziek. Samen met de eveneens opvallende bassist-saxofonist Dimitris Pavlidis maakt ze donkere, op synthesizer, drumcomputer en vooral bastonen gebaseerde nummers. Met baritonstemmen zingen beiden in knappe Siouxsie-stijl over onbehaaglijke thema’s. Live weet de band te raken, met een intieme sfeer. De nummers denderen voort als een stoomtrein, waarbij alle Griekse zonneschijn verdwijnt in de grimmige achtergrondprojecties die de nummers extra kracht bijzetten. Wat een ervaring!

De Belgische noisepunkband Avalanche Kaito is niet vies van ingewikkelde tempowisselingen en ritmes. Het gitaargeluid van Nico Gitto is zo gortdroog, dat elke snaaraanslag te horen is. Hoewel je noisepunk niet meteen met dansbaarheid associeert, verzorgen Gitto en topdrummer Benjaman Chaval zeer sterke, Afrikaanse dansritmes. De uit Burkina Faso afkomstige zanger Kaito Winse zweept het publiek op met dan weer meezingbare, dan weer op wartaal lijkende passages. Hij lacht waarschijnlijk het breedst van alle artiesten van de vrijdag, en bespeelt ondertussen traditionele instrumenten. Het drietal lijkt volledig te ontsporen in de onnavolgbare muziek. In werkelijkheid heeft de groep alles onder controle, en is het een absoluut hoogtepunt van de dag.

 

We gaan ondergronds, naar de kelder van The Grey Space in the Middle. Het is stampvol gelopen en we moeten wachten. Het uitzicht bestaat voorlopig uit volledig met stickers beplakte toiletdeuren en keukenpersoneel. Wel passend bij een undergroundact, zoals Soft Vein uit Californië. Eenmaal binnen past de minimalistische, enigmatische muziek perfect bij het claustrofobisch lage plafond en het kale beton. Achter in de zaal is niet veel meer te zien dan een mist van rook en paars licht. De zang van Justin Chamberlain blijft eveneens in een mist van galm gehuld. Het gaat vooral om klank en sfeer bij Soft Vein. Onder het gedreun en gekraak van elektronica verandert de kelder in een duistere technobunker.

Liefhebbers van old school new wave moeten aansluiten bij Pol, een band rond de broers Ruben en Matthijs Pol. Ze lijken rechtstreeks uit de jaren tachtig geteleporteerd naar de kleine zaal van Paard, waar ze met hun melancholische muziekstijl terugkeren naar de gouden tijden van de donkere gitaarmuziek. Waarbij de liedjes dan weer vol onderhuidse spanning in de lijn van The Cure klinken, en dan weer opzwepend door tegendraadse gitaarriffs. Het is het sterke punt van de band: onverwachte gitaar-, bas- en songwendingen, waarbij de meerstemmige zang tevens de aandacht vasthoudt. Hoe blaas je oude muziek leven in, terwijl je niet meer van je idolen te onderscheiden bent? Comme ça!

De eerste moshpit van Grauzone wordt aangezwengeld door High Vis, een Brits vijftal dat een logge, snijdende vorm van postpunk speelt. Zanger Graham Sayle vervloekt in schreeuwzang de nadelen van het Britse arbeidersbestaan. De midtempo nummers weten de zaal al gauw in beweging te krijgen. De brommende baslijnen en het gitaarwerk in de lijn van The Chameleons doen wat ze moeten doen om het geheel meezingbaar en vooral meespringbaar te maken. Hoewel Sayle als een volleerd podiumidioot over de planken stuitert, maakt de band in muzikaal opzicht geen bijzondere indruk. Daarvoor zijn de meebrulsongs toch te inwisselbaar.

Het plan is om naar MAQUINA in het kleine Paardcafé te gaan. Er staat een lange rij, waarbij het één-in-één-uit is. Eerder op de avond is de Kleine Zaal van Paard ook al een paar keer tot de nok toe gevuld. Prettig is anders, maar het bewijst wel dat Grauzone in trek is bij mensen uit binnen- én buitenland, waarbij vaak Engels en Spaans te horen zijn. Eenmaal binnen in het Paardcafé doen de Portugezen het met een machinale herhaling van bas- en gitaarmelodieën, en al even machinale  drumritmes. De keiharde industriële rock is gruizig en rauw: drummer-zanger Halison speelt spijkerharde hamerdrums en bedient zich soms van schreeuwzang. De gitaaraccenten van João snijden dwars door je trommelvliezen heen, de baslijnen van Tomás zijn superscherp. Het eerste album heet DIRTY TRACKS FOR CLUBBING, en zo wordt deze rock bijna house. Waarbij de trance net zo opwindend is als bij een housefeest. MAQUINA gaat helemaal op in het maximaal uitwringen van de instrumenten. De nummers hadden elk best nóg langer dan 10 minuten mogen zijn.


 

Laat in de avond speelt Tramhaus in de Grote Zaal van Paard. Vooral de nummers van recente plaat The First Exit komen live erg goed uit de verf. Het creatieve gitaarwerk valt op. De dissonante benadering van gitariste Nadya van Osnabrugge contrasteert met de nettere aanpak van Micha Zaat. Waarbij de gitaarlijnen soms elkaars tegenpolen zijn, en elkaar soms gewillig volgen: het gitaarwerk zit vol details. Van Osnabrugges standpunt om van iets lelijks iets moois te maken, geldt eigenlijk voor de band als geheel. De gitaarduels, tezamen met ruwe baslijnen en schreeuwzang  maken Tramhaus’ optreden wel degelijk erg mooi. En moshpitwaardig natuurlijk, wanneer ook vroege punknummers als ‘Karen Is a Punk’ langskomen.

Met Tramhaus komt er een einde aan de bandprogrammering van de vrijdag. Maar in het Paard en de Grey Space gaat het feest tot in de kleine uurtjes door. De laatste verandert met de liveset van dj L.F.T. wederom in een technobunker, wanneer hij zijn prima combinatie van breakbeats, electro en new wave draait. Er staan voor de rest van de nacht nog heel wat dj’s geprogrammeerd, voor diegenen die tot de volgende ochtend doorwillen. En dan zaterdag weer…


 

Beeld door Grauzonefotografen Niels Vinck (Selofan, Pol, MAQUINA), Tineke Klamer (Avalanche Kaito), Michel Mees (Highvis, Tramhaus),  Raymond van Mil (Soft Vein, sfeerfoto).

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *