Death Grips beukt in de grote zaal van Paradiso tegen de uitgedeelde oordopjes. De experimentele hiphop van het Amerikaanse viertal buldert door de ruimte. Zanger MC Ride – ontbloot bovenlijf, de benen gespreid – schreeuwt volkomen onverstaanbaar zijn teksten. Hij probeert de kudde voor zich te mennen. De muziek is snoeihard, maar pas bij een bekend riedeltje van een intro ontploft de zaal heel even. Na minder dan twintig seconden zakken de bezoekers terug in het meeknikken op de dreunende, monotone ‘slowcore hiphop’ van de groep uit Sacramento, Californië.
In de kleine bovenzaal is het rustig. Tien bezoekers, een vrouw, twee hoedjes en drie petten, dertigers (op zijn minst). Een goedgevulde merchandisetafel trekt de aandacht. Informatie wordt uitgewisseld, releases bekeken. Af en toe werpt een murw gespeelde fan uit de grote zaal een blik in de zaal en haast hij zich verder naar de trap richting toiletten.
De wieg van The Fresh & Onlys staat in San Francisco. In 2008 formeren Tim Cohen, bassist Shayde Sartin en gitarist Wymond Miles een rockgroep, waardoor frisse Amerikaanse rock wordt gespeeld. Rond San Francisco ontstaat een ‘new garage rock’-beweging en de band speelt een belangrijke rol. The Fresh & Onlys mengen invloeden uit new wave, surfrock en gitaarpop door de liedjes. Het debuut met alleen de groepsnaam verschijnt in 2008.
“Hello, we come from San Fransisco”, kondigt gitarist en zanger Cohen de groep aan. De lichten in de kleine zaal zijn gedempt en Death Grips is nauwelijks te horen. Opener ‘20 Days & 20 Nights’, een track van langspeler Long Slow Dance (2012), spat prettig de zaal in. Uptempo rock zonder tierelantijnen en op een goede avond zouden er zo maar wat mensen voor het podium een dansje kunnen wagen. ‘Grey-Eyed Girl’ van het album Grey-Eyed Girls (2009) volgt.
Zo musiceert de groep door een geschiedenis van tien jaren. Drie nummers voor het einde gaat het tempo met ‘Who Let the Devil’ van House Of Spirits (2014) nog wat omhoog. “We’ll play some more, because … well, we’re here”, spreekt Cohen aarzelend de microfoon in. ‘Euphoria’ en het titelnummer van de laatste cd Wolf Lie Down (2017) sluiten een overtuigend concert af. Met een zwaai van de groep en een klaterend applaus van de toeschouwers verlaat het viertal na veertien nummers in vijfenveertig minuten muziek de planken. Er staat een flink aantal van de dertig toeschouwers te wachten bij de tafel met T-shirts, cd’s en vinylproducten. De groepsleden laten even op zich wachtten.
The Fresh & Onlys zijn vooral populair in en rond San Francisco. In Amsterdam en omstreken is de groep zo goed als onbekend. Daar is door het ene optreden in de hoofdstad weinig verandering in gekomen. Het viertal verdient echter een groter publiek.
Het moet deprimerend zijn om vanuit Amerika naar Europa te reizen en een bijna lege zaal te treffen. Cohen en zijn kompanen zitten niet bij de pakken neer, maar spelen drie kwartier overtuigende rockmuziek met een verrassende scheut psychedelica en surfrock. Met een opgewekte glimlach signeert Tim Cohen cd’s en vinyl. Zijn interesse in de gebleven fans lijkt oprecht.
Vijfenveertig minuten Amerikaanse rockmuziek met de juiste invloeden is prima verteerbaar op een doordeweekse avond in Paradiso. De thuisblijvers hebben het mis!
Beeld: Jaks Schuit