In de week dat hun derde album is uitgekomen, staat Nation of Language in de grote zaal van Paradiso. Het is een regenachtige dag en de muziek zal vanavond stemmig zijn, maar vooral stemmingsverheffend.
Mood Bored
Voor dat zover is, is het de beurt aan het Tilburgse trio Mood Bored [foto hieronder] om de avond te openen. Zo’n vijf minuten eerder dan aangekondigd gaan ze direct stevig van start met hun indierock die af en toe naar punk neigt. Zangeres-bassiste Myrte Driesenaar, drummer Timo de Wit en gitarist Daan Stuyven slingeren vol vuur en spelplezier nummers van hun eerste ep Bored EP de zaal in. Erg verfijnd is het niet echt, maar Driesenaar heeft wel een fijne, nonchalante zangstijl, en op de beste momenten doet de energie wel wat aan die van een band als Pip Blom denken.
Nation of Language
Bij de wisseling tussen voor- en hoofdprogramma worden er een boel stekkers en pedalen ingeplugd. Nation of Language [openingsfoto en foto onderaan] maakt dan ook muziek die vaart op elektronica: synthesizer en drumcomputer spelen een belangrijke rol. Aangevuld met (bas)gitaar en zang levert dit een combinatie van synthpop en new wave op die sterk doet denken aan bands als New Order. Maar dan wel in een eigen stijl, die ook elementen van indiepop bevat en wel degelijk van nu is.
Het drietal uit New York betreedt een duister podium, dat gedurende het optreden schaars verlicht zal blijven, en opent met ‘Spare Me the Decision’, een nummer van het nieuwe album Strange Disciple. Uitgesponnen synths zorgen voor een melancholisch geluid, dat wordt versterkt door de gevoelige klank van zanger Ian Devaney, die een mooie, subtiele snik in zijn stem heeft. ‘Rush and Fever’ wordt vervolgens met een diepe bas geopend door Alex MacKay. Dit nummer heeft een wat duisterder sfeer, en de zang van Devaney klinkt hier in de verte wel een beetje als die van Matt Berninger van The National.
Maar het is zeker niet alleen maar somberheid bij Nation of Language. Zeker, de nummers hebben een weemoedige sfeer, maar die wordt veelal aangevuld met een lichtere toets. De synths en elektronische drums en andere geluidseffecten, verzorgd door Aidan Noell, zorgen voor ritme en riffs die regelmatig uptempo en dansbaar zijn, bijvoorbeeld in ‘Sole Obsession’ en ‘Wounds of Love’. In dit laatstgenoemde nummer worden evenals in bijvoorbeeld ‘September Again’ en ‘This Fractured Mind’ de hooks in de refreinen luidkeels door het publiek meegezongen.
Zo is eigenlijk elk nummer dat voorbijkomt perfect gelaagd opgebouwd in ritme, melodie en klank. De drie bandleden lijken volledig op elkaar ingespeeld. MacKay legt een solide basis met zijn bas, Noell bespeelt zorgvuldig en geconcentreerd haar elektronisch instrumentarium en Devaney laat vol bezieling zijn loepzuivere zangstem horen. Daarbij beweegt hij steeds vol expressie over het podium, en ook de mensen in de zaal dansen erop los. In het laatste nummer voor de toegift ‘The Wall & I’ bereikt dit geheel een climax: de muzikanten leven zich helemaal uit, het publiek klapt mee en joelt de longen uit zijn lijf.
“This is very special”, zegt Aidan Noell bij terugkomst over de reactie van het publiek, maar omgekeerd is het ook zeer indrukwekkend wat Nation of Language hier neerzet. Ze voeren hun muziek niet alleen uitstekend verzorgd uit, maar weten daarmee ook hart en ziel van de luisteraars te raken. In de laatste nummers van de toegift, ‘On Divison St.’ en ‘Across That Fine Line’, komt het allemaal nog één keer samen. Daarna blijven de bezoekers licht bezweet van het dansen en met een gelukkige glimlach op het gezicht achter. Soms zijn er van die concerten waarin alles op zijn plaats valt, en dit is er een van.
Onderste foto van Nation of Language door Paul Hudson genomen op 28 mei 2022 (CC BY 2.0), andere foto’s van Karin gemaakt bij het optreden, beeldbewerking redactie Make A Fuzz