Als secure chroniqeur van zijn eigen muzikantschap kun je een jubileum wel aan Meindert Talma overlaten. In januari dit jaar was het vijfentwintig jaar geleden dat de eigenzinnige componist van al even eigenzinnige popliedjes zijn eerste plaat Hondert Punten uitbracht. Het plan was om vanaf dat moment alle platen integraal te spelen. Het was corona dat een streep zette door het eerste concert in januari. Daarna werden de aan het eind van een maand gehouden concerten een goedbewaard geheim op de zondagmiddag in Vera, met even boeiende als hilarische uitvoeringen van bijvoorbeeld Ausputzer, Dammen met Ome Hajo of Leave Stumper. In december zullen Hondert Punten en Ferhûddûker worden ingehaald. Vanmiddag zijn de twee meest recente platen aan de beurt: Minna en De Domela Passie.
Talma’s derde voetbalplaat Minna verscheen in 2021, maar werd door dat vermaledijde virus nooit live uitgevoerd. Tot vandaag. Grotendeels slechts ondersteund door toetsen en beats uit een doosje staat Meindert Talma solo op het podium om de teksten van de voetbalsongs, waarvan sommige geschreven door Henk Spaan, voor het voetlicht te brengen. Saai wordt het geen moment, want daar zorgen projecties van fraaie foto’s en vooral Talma’s ontwapenende uitleg tussen de nummers wel voor. Zo vertelt hij dat hij tijdens een voetbalshow te verlegen is om aan Willem van Hanegem te vragen of hij met hem op de foto mag, waarna hij er eentje toont die hij stiekem van hem en ‘De Kromme’ heeft genomen.
De minimalistische maar bovenal beeldende sfeer van Minna blijft prima overeind in uitschieters zoals het titelnummer, dat gaat over de eerste Surinaamse voetballer die voor het Nederlands elftal uitkwam: Humphrey Mijnals. Het is wederom een voorbeeld van de geslaagde koers die tekstschrijver Talma sinds ‘De Ballade van Jannes van der Wal’ uit 2016 volgt: zijn kennis als historicus verwerken in klassieke ballades in de geest van aloude folkzangers. Tekstueel en muzikaal hoogtepunt is het serene ‘Baai van Ambon’, over de doorbraak van de Molukse voetballer Simon Tahamata bij Ajax in de jaren zeventig tegen de achtergrond van de Molukse treinkapingen in die tijd. Voorafgaand aan de onontkoombare meezinger ‘Oekie Hoekema’ vertelt Talma dat Hoekema’s handtekeningenactie in 1978 om het WK van het terreurregime van president Videla in Argentinië te boycotten, onder betaald voetballers precies nul respons opleverde. Ook tegen het huidige WK in Qatar protesteerde geen enkele Nederlandse voetballer, en dat is een trieste constatering. Toch is er een vrolijke afsluiting met Arabische klanken in de vorm van een actuele toegift over Oranjedoelman Andries Noppert: ‘De Tower fan de Jouwer’, dat in de media niet onopgemerkt blijft.
Na de pauze kan het contrast tussen zowel podiumbezetting als onderwerpen van Minna en De Domela Passie bijna niet groter zijn. Het podium is zowat te klein voor strijkers, een veelkoppig koor en een rockopstelling met drums, (bas)gitaar en toetsen. De plaat kwam in 2019 uit en is een heuse rockopera. In zestien composities komen – naar analogie van het lijden van Jezus Christus – het lijden, de bekeringszucht, het martelaarschap en de uitzonderlijke verering van Ferdinand Domela Nieuwenhuis aan bod. Voor wie het niet weet: Domela Nieuwenhuis was eind negentiende eeuw een van de eerste grote voorvechters van het opkomende socialisme in Nederland. Met indrukwekkende toespraken, publicaties en niet in het minst door zijn ‘Christuskop’ met lang haar en baard, werd hij door massa’s arme arbeiders als verlosser gezien.
De Domela Passie werd afgelopen zomer in de open lucht uitgevoerd, met Freek de Jonge als verteller. Na het succes van deze voorstellingen komt het gezelschap minus De Jonge vandaag weer bijeen, zonder noemenswaardige repetities vooraf. De sfeer op het podium oogt echter vanaf de eerste tonen zeer hecht, met de wil en het besef om er opnieuw iets moois van te maken met zijn allen. En ja, dan kan er iets unieks en bij vlagen magisch ontstaan. Zoals in een van de beste nummers die Talma ooit maakte: ‘Domela!’. Aan postpunk refererende gitaarlijnen en kletterende drums voeren de spanning op, haarfijn aangedikt door viool en cello, terwijl Meindert Talma verslag lijkt te doen van een toespraak van Domela, alsof je er zelf bij bent. De opbouw komt weergaloos tot ontlading in emotionele, sloganeske koorzang. Met als gevolg dat zowel in band als publiek tranen vloeien. Ook het pastorale en met fraaie archieffoto’s ondersteunde ‘Begraven in het Hart van het Proletariaat’ en de prachtig melodieuze afsluiter ‘Zijn Portret Stond tussen De Familiefoto’s’ maken diepe indruk. Een minutenlang en luid applaus van het publiek is de gepaste afsluiting, met het besef dat hier op een druilerige zondagmiddag in november iets bijzonders plaatsvond.